Ingrid van Engelshoven belooft voortdurende waakzaamheid voor LHBTI-rechten

Minister roept op tot dialoog en begrip, met respect en ruimte voor elkaar

Den Haag, 4 mei 2019

De herdenking op 4 mei 2019 was de vijfentwintigste bij het Internationaal Homomonument in Den Haag aan de Koekamp. Twee minutenstilte om acht uur ter nagedachtenis aan degenen die vielen voor onze vrijheid, voor LHBT’ers die vervolgd of onderdrukt werden tijdens de Tweede Wereldoorlog en met nadruk óók voor alle LHBT’ers die sinds die tijd het slachtoffer zijn geworden van onrecht, waar ook ter wereld.

Zo’n 250 personen waren aanwezig bij de indrukwekkende ceremonie, waarin, omkleed met prachtige liederen door koren De Heksenketel, Vox Rosa en Mannenkoorts, twee toespraken werden gegeven door minister Ingrid van Engelshoven van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en door Harry Derksen, voorzitter van Stichting Internationaal Homomonument Den Haag.

Minister Ingrid van Engelshoven

Minister Van Engelshoven bracht in herinnering, dat ook ná de val van het nazi-regime in 1945, homo’s en lesbiennes werden opgepakt, vervolgd, en gediscrimineerd: „Er is weinig vernietigender voor de hoop, dan het moment waarop je denkt dat de verschrikking voorbij is… en dat niet zo blijkt te zijn.” en „In Nederland verdween homoseksualiteit pas in 1971 uit het Wetboek van Strafrecht.” De minister wees erop dat tegenwoordig in Oost-Europa en de Kaukasus geweld en intimidatie van LHBTI-personen nog aan de orde van de dag is. Van Engelshoven besloot dat de angst om jezelf te zijn pas geschiedenis is, wanneer niemand meer schrikt wanneer ‘ie de hand van z’n geliefde pakt.

We halen een gitzwarte periode voor de geest.
Door de bril van die donkere jaren bekijken we vandaag.
Dat doen we hier al 25 jaar.
En dat blijven we doen.
Ingrid van Engelshoven, 4 mei 2019

De voorzitter van Stichting Internationaal Homomonument Den Haag, Harry Derksen, pleitte op deze memorabele vijfentwintigste herdenking eveneens voor een krachtiger dialoog binnen de samenleving. „Maatschappelijke acceptatie moeten we winnen door begrip te kweken bij hen, die nu dat begrip nog niet hebben.” Hoewel er is natuurlijk reden is tot blijdschap over de steun onder grote delen van de samenleving, zouden LHBTI’ers hun verantwoordelijkheid moeten nemen om zelf meer bij te dragen, door zich uit te spreken over misstanden en ook zelf het gesprek aan te gaan met anderen. Over hun gedeelde belangen, zonder achterlating van degenen die zelf dat gevecht moeilijk aankunnen, omdat ze bijvoorbeeld te oud, of nog te jong zijn. „Meer uitgebreide voorlichting op scholen is een van de middelen om de dialoog met de jongeren aan te gaan, de groep die dat gesprek het meest nodig heeft.”

Derksen sloot af door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap te bedanken voor de in haar speech uitgesproken bereidwilligheid en steun, mede namens de regering, voor de LHBTI-gemeenschap in de voort­durende strijd voor maatschappelijke gelijkwaardigheid.

Verslag door Jurgen Schouten